Dit is de eerste strofe van het gedicht 'De overlevende' van Simon
Vestdijk. Weet iemand met welke treurboom zijn beschrijving
overeenstemt? En heeft diegene daar dan misschien ook nog een foto
bij??
Bedankt!
Rutger H. Cornets de Groot
>Wanneer mijn vader sterft, laat mij dan staan
>Vereenzaamd als een treurboom in 'n plantsoen,
>Gesmukt met 't teerste, avondlijkste groen,
>Bijna bebloesemd, sneeuwwit aangedaan.
Oef.
Misschien en zilverberk ?
Geen foto, maar Goog heeft er vast wel eentje.
Dag, Annet
>>Wanneer mijn vader sterft, laat mij dan staan
>>Vereenzaamd als een treurboom in 'n plantsoen,
>>Gesmukt met 't teerste, avondlijkste groen,
>>Bijna bebloesemd, sneeuwwit aangedaan.
>
>Oef.
>Misschien en zilverberk ?
>Geen foto, maar Goog heeft er vast wel eentje.
Ik lees erin dat het /groen/ zo teer is dat de boom bijna witte
bloesem lijkt te hebben. Dus niet dat de stam wit is. Of bedoel je dat
ook niet?
Ik denk aan zo'n wilg zoals die vaak over 't water hangen (krulwilg?
treurwilg?), maar ik weet niet hoe "wit" dat groen kan lijken.
Groeten,
--
Bauk/je
I do it my way.
Voor het juiste e-mailadres: ccastel => castel
Inmiddels ga ik mijn klimplant maar weer eens benevelen (liever hij
dan ik).
Groet,
Rutger
>Bedankt voor jullie beider suggesties. Bijna nader inzien denk ik dat
>de laatste regel ook aangeeft dat het gedicht zich in de lente
>afspeelt: bijna bebloesemd, maar plaatselijk toch ook nog wel wat
>sneeuw.
Lijkt me veel te letterlijk, Rutger.
We moeten ons tot Mieke Vestdijk wenden, of tot een uitputtende
biografie ben ik bang ;)
" Gezocht: naam treurboom, weinig exotisch, tikkie zilverige
weerschijn op blad in zeker avondlicht"
Elk pril groen is in de schemering bijna bleek, wittig, dus dat schiet
niet op.
Ik schreef 'zilverberk' , maar dat was niet de naam van wat ik had
bedacht. Er bestaat een berk met zilverwit fluwelig behaarde onderkant
blad, die *ook* nog eens de gewoonte heeft om van zichzelf niet
rechtop te groeien maar een beetje Vestdijkiaans somber naar beneden.
Maar nou de naam...
>Inmiddels ga ik mijn klimplant maar weer eens benevelen (liever hij
dan ik).
LLLLekker...!
Dag, Annet
> Wanneer mijn vader sterft, laat mij dan staan
> Vereenzaamd als een treurboom in 'n plantsoen,
> Gesmukt met 't teerste, avondlijkste groen,
> Bijna bebloesemd, sneeuwwit aangedaan.
Volgens mijn inziens is het de,
Amerikaanse Bospest?
Heb er ook een foto van.
Pure gok hoor.
Maar sneeuwwit is ie wel.
De groeten van Roger.C.:-)
--
http://home2.pi.be/roger28/ Tuinen en aanverwanten.
>Bedankt voor jullie beider suggesties. Bijna nader inzien denk ik dat
>de laatste regel ook aangeeft dat het gedicht zich in de lente
>afspeelt: bijna bebloesemd, maar plaatselijk toch ook nog wel wat
>sneeuw. Misschien dus wordt de boom als zodanig helemaal niet
>beschreven en heb ik jullie voor niets lastiggevallen. Tenzij er echt
>karakteristieke treurbomen met sneeuwwitte bloesem bestaan. Bestaan
>die?
Mij val je er niet mee lastig hoor, ik vind het wel leuk om er wat
over na te denken.
Vraag het anders eens in nl.taal, of had je dat al gedaan?
>Inmiddels ga ik mijn klimplant maar weer eens benevelen (liever hij
>dan ik).
Hm. :-)
Rutger
Je hebt zo langzamerhand recht op het hele gedicht.
De overlevende
Wanneer mijn vader sterft, laat mij dan staan
Vereenzaamd als een treurboom in 'n plantsoen,
Gesmukt met 't teerste, avondlijkste groen,
Bijna bebloesemd, sneeuwwit aangedaan.
Bijna een bruid, boven de sponde waar
Sinds kort mijn moeder ook een toevlucht vond;
En ruischende hernieuw ik 't oud verbond
Met mijn diepst neergebogen treurgebaar.
Zoo, treurend, zou ik willen sterven ook.
Maar hoe te sterven, zoo ver boven hen?
Erbarm u mijner, treurboom die ik ben,
Gedoemd te bloeien onder de stadsrook,
In 't tweeslachtig plantsoen, geen stad, geen land,
Dalend als sneeuw en stijgend als de bruid
Boven mijn vaders doode handen uit
In deze aarzellichte tusschenstand.
S. Vestdijk (1898-1971)
Uit: Verzamelde gedichten dl. II, Athenaeum-Polak & Van Gennep, Bert
Bakker, De Bezige Bij, Nijgh & Van Ditmar, Amsterdam - 's-Gravenhage
1971
Een bespreking volgt in de Klassiekerreeks van Meander van deze maand.
Gratis abonnement via http://klassiekegedichten.net/
Groet,
Rutger
On Sun, 07 Sep 2003 20:53:50 +0200, annet planten <me...@NIXplanet.nl>
wrote:
>Annet,
>
>Je hebt zo langzamerhand recht op het hele gedicht.
Ah, dank u, heer Rutger.
>Erbarm u mijner, treurboom die ik ben,
>Gedoemd te bloeien onder de stadsrook,
Hier had Vestdijk een kleine metrische inzinking.
Als niets meer helpt, dan is er de gemeente Harlingen, als die
intussen niet is gefuseerd met wat anders.. Ik neem maar aan dat het
plantsoen daar was gevestigd, dus dan zou het de afdeling
groenvoorziening der gemeente sieren als zij even uitploos welke boom
er aan de hand was. Of is.
Misschien was het een 'witte wilg', Salix alba. Alba hangt wat, niet
zo tot voorbij de grond als treurwilgen, maar toch. Het blad heeft,
volgens het bomenboek naast me ' long, white, silky hairs above,
densely tomentose on underside'.
Ik kan niet vinden of deze wilg ook van dat leuke zaadpluis
produceert, dat als een sneeuwstorm door de lucht kan vliegen en
overal in dikke plokken blijft liggen. Dat zou dan extra ' sneeuwwit
aangedaan' zijn.
Salix alba wordt, volgens boek , geteisterd door vretende beestjes en
plagen en weet ik wat allemaal en kan een meter of 20 hoog worden. Zo
bij benadering.
Dag, Annet
Inmiddels ben ik bij mijn naspeuringen gestuit op een dik boek van
Vestdijkoloog Martin Hartkamp getiteld 'Identificatie en isolement',
en wat lees ik daar op p. 275 onder meer? Onder meer lees ik daar dat
het geen treurwilg kan zijn, evenmin een treurbeuk, en al helemaal
geen treurprunus, maar dat het om een treur*berk* moet gaan, ook wel
bekend als de betula pendula tristis. Want, zegt Hartkamp, 'dat is de
witste boom van alle, en de neerhangende takken zijn nog veel
gracieuzer, wekken nog veel meer de indruk van een sluier, terwijl
voorts de (smalle) kroon zich, anders dan die van de treurwilg,
duidelijk verheft. Dus "sneeuwwit aangedaan" en (regel 14:) "stijgend
als de bruid".'
Maar helaas, wat meneer Hartkamp hier ook beweert, en vooral
niettegenstaande uw naspeuringen, Annet-lief, blijf ik van oordeel dat
r.4 van het gedicht niet zozeer botanische gegevens wil leveren, als
wel aangeven dat het bijna lente is en bijna geen winter meer, zoals
ook de rest van het gedicht zich op het snijpunt van leven en dood
afspeelt. 't Is ook altijd hetzelfde liedje.
Met groet,
Rutger
On Mon, 08 Sep 2003 23:08:08 +0200, annet planten <me...@NIXplanet.nl>
wrote:
>apropos <cor...@yahoo.com> schreef:
>Of heer Vestdijk daar een metrische inzinking had, wil, vrouw Annet,
>ik betwijfelen.
Ja. nou, maar. Pompeldepom jij maar eens vers drie en je zwikt bij
'stadsrook'. ROOK, wil je dan. Krijg je niet.
< >
maar dat het om een treur*berk* moet gaan, ook wel
>bekend als de betula pendula tristis.
Fantastisch, zo'n biografische uitpluizer! . En gelijk de naam van
berk, die ik op 7/9 niet kon leveren. Tristis, die naast mijn vorige
Veluwe-datsja bij de buren stond te pronken, vaak ernstig veel zilver
blad rondstrooide op het burengrasveldje, wat de eigenaar van het
terreintje een Doorn in het Oog werd en toen reduceerde hij de hele
berk maar tot stronk.. Eigenaar was ook een totale hufter.
>
>Maar helaas, wat meneer Hartkamp hier ook beweert, en vooral
>niettegenstaande uw naspeuringen, Annet-lief, blijf ik van oordeel
dat
>r.4 van het gedicht niet zozeer botanische gegevens wil leveren, als
>wel aangeven dat het bijna lente is en bijna geen winter meer, zoals
>ook de rest van het gedicht zich op het snijpunt van leven en dood
>afspeelt. 't Is ook altijd hetzelfde liedje.
Ja. En. Maar. Nee, tis niet botanisch, maar al met al ook geen begin
lente/eind winter. Dan doet een berk nog weinig: dan denk je meer aan
zeg komt er nog wat van. Dus kan het evengoed een hoogzomerbeeld zijn.
Geen winterbeeld, dat is zeker. Gewoon een beeld.
Ik opteer voor een ander bekend.snijpunt, tegenstrijdigheid.
Bijvoorbeeld uit het raam willen springen en dat, op de vensterbank
gezeten, toch maar niet doen omdat ergens anders uit een raam
prachtmuziek klinkt en dat ga je dan allemaal missen. Tot het
natuurlijk, volgens zekere moraal, 'je tijd is'. Tot de tijd tobt men
voort.
:)
Dag, Annet
Alles kan hier,
zal hem even doorzenden.
>>Erbarm u mijner, treurboom die ik ben,
>>Gedoemd te bloeien onder de stadsrook,
>
>Hier had Vestdijk een kleine metrische inzinking.
Ik zag 't ook en ik vind 't eigenlijk wel heel bemoedigend. :-)
Grtz,
Wanneer mijn vader sterft, laat mij dan staan
Vereenzaamd als een treurboom in 'n plantsoen,
Gesmukt met 't teerste, avondlijkste groen,
Bijna bebloesemd, sneeuwwit aangedaan.
Bijna een bruid, boven de sponde waar
Sinds kort mijn moeder ook een toevlucht vond;
En ruischende hernieuw ik 't oud verbond
Met mijn diepst neergebogen treurgebaar.
Zoo, treurend, zou ik willen sterven ook.
Maar hoe te sterven, zoo ver boven hen?
Erbarm u mijner, treurboom die ik ben,
Gedoemd te bloeien onder de stadsrook,
In 't tweeslachtig plantsoen, geen stad, geen land,
Dalend als sneeuw en stijgend als de bruid
Boven mijn vaders doode handen uit
In deze aarzellichte tusschenstand.
Rutger
>Neeneenee, géén metrische inzinking, wat hebben jullie toch? Tien
>lettergrepen in elke regel, met als grondpatroon de jambe (kort-lang:
>'wanNEER mijn VAder STERFT, laat MIJ dan STAAN' enz.). Om die dreun
af
>en toe te variëren zijn er van die antimetrieën, bijvoorbeeld aan het
>begin van r. 4 en r. 5, met mooie alliteraties, en bij regels 9, 14
en
>15, die eveneens met een heffing worden begonnen. De sterkste
>antimetrie treedt op in regels 7 en 8, wat daar heel functioneel is,
>want je hoort er het ruisen van onze treurboom en ziet de diepe
>buiging.
Ha! Maar je slaat regel 12 wijselijk over :)
Nou, dan doe ik die even.
geDOEMD te BLOE(hoe)jen ONder de STADSrook
en als verstokte -jambische of antijambische- nicotine-fan wil ik dan
ROOK. Of stadsrook, STADSROOK desnoods. Dan wordt het helemaal een
zootje, nog meer dan het nu al is.
Nou ja, hindert niet. V kwam er even niet uit. Kan gebeuren.
Om nog even verder te offteejen: ik zag gisteren 1 stuks grafiek uit
de ABN-collectie: ets recht, handgeschrven gedicht links en daar was,
twee woorden voor het einde, de inkt op. Patroon verwisselen, twee
woorden doen en een punt, maar ja, wel STUKken blauwer dan de rest.
Van die dingen.
Maar wat doe je er nu aan, Rutger? Besluit je tot een concrete boom,
of tot een concrete metafoor?
Dag, Annet
>Om nog even verder te offteejen: ik zag gisteren 1 stuks grafiek uit
>de ABN-collectie:
Wat is dat, de ABN-collectie?
Groeten,
>On Wed, 10 Sep 2003 21:44:58 +0200, annet planten <me...@NIXplanet.nl>
>wrote:
>
>>Om nog even verder te offteejen: ik zag gisteren 1 stuks grafiek uit
>>de ABN-collectie:
>
>Wat is dat, de ABN-collectie?
Die bank, Baukje. Die verzamelt kunst. Doen meer banken, voor de
directiekamer en voor de heb en het maatschappelijk nut.
Of de investering, kan natuurlijk ook.
Dag, Annet
>>Wat is dat, de ABN-collectie?
>
>Die bank, Baukje. Die verzamelt kunst. Doen meer banken, voor de
>directiekamer en voor de heb en het maatschappelijk nut.
>Of de investering, kan natuurlijk ook.
Ah, OK. Nu snap ik het verhaal eigenlijk pas in z'n geheel.
>
>Maar wat doe je er nu aan, Rutger? Besluit je tot een concrete boom,
>of tot een concrete metafoor?
Annet, er staat: WANNEER mijn vader, laat mjij dan ALS, enz. Het gaat
dus om een voorstelling, die altijd geldt, maar die zich niet in de
werkelijkheid voordoet. Hoe reëel cq concreet is dat? Voor ons is het
een mooi poëem, maar voor die ik?
Wat ik er van maak, nogmaals, kun je lezen op
www.klassiekegedichten.net, ik geloof vanaf de 20e aanstaande.
Ik denk dat ik hier nog even blijf rondhangen, want ik ben net in een
nieuwe tuin getrokken en moet nog alles van je leren.
Rutger
(Plant, je dramt )
>Zo. Nou: indrukwekkend! V met eigen en V's middelen te lijf gaan :)
>Ik beken een Vestdijk-trauma: des te verbazingwekkender om te lezen
>hoe iemand dat helemaal *niet* heeft..
Ja Annet, dat trauma is precies wat het schrijven van dit stuk me
ingaf. Vestdijk is 'moeilijk'. Ik zal niet zeggen dat ik helemaal vrij
ben van dat trauma, maar er is toch veel te halen bij hem, vooral als
je je best een beetje doet.
>Maar nu:
>het kan wel wezen van 'WANNEER mijn vader, laat mjij dan ALS, enz.',
>en het kan wel wezen dat een voorstelling niet geconcretiseerd hoeft
>te worden/wordt, maar
>als er nu toch een tuin is waar eea aan en in gaat moeten, wat let een
>V-fiel dan om daar een voorstelling te concretise...
>
>(Plant, je dramt )
Ach, van jou krijg ik tenminste weerwoord, de literatoren zijn
allemaal veels te veel onder de indruk. En het staat je vrij om boom
en plantsoen te concretiseren - voor de ikzegger is het ook allemaal
uitermate concreet - maar het is nog erger dan concreet vrees ik, het
is eeuwig en altijd; dat wordt ook door die woorden WANNEER en ALS
aangeduid. Toch?
Zie je overigens dat het wel degelijk zin heeft om tegen Planten te
praten? Je praat nog terug ook!
Rutger
IK niet, Rutger, jij! Jij hebt plek, ik niet. Jij lieft V. (ook al is
het een lastige liefde), ik niet. En zo is het.
Kijk, ik loop nou al twee dagen enigszins tobbend door mijn tuin met
drie zakken bolletjes voor jaar-in-jaar-uit. Geen idee waar die
moeten. Waar ze zouden moeten staat al wat, waar niks staat moet iets
anders, enzovoort. Ik heb nul plek voor een zilverige treurberk en de
klussende dakdekker liet al voor de tweede keer verstek gaan. Doodziek
wor'je ervan.
>voor de ikzegger is het ook allemaal
>uitermate concreet - maar het is nog erger dan concreet vrees ik, het
>is eeuwig en altijd; dat wordt ook door die woorden WANNEER en ALS
>aangeduid. Toch?
Je moet even ontspannen, denk ik. Een hedendaags auteurtje lezen ofzo.
Dan komen er andere zinnen uit, en dan snap ik wie wie is in
bovenstaande. Want ikzegger? Die had niets in handen. Vrees 'ik'? Wat
vrees je? Dat berk voor altijd is?
Nou, het aantal berkbezitters dat na een aanloopje (Mooi he?) er eerst
een haak in draait om daar een waslijn aan te binden en na tien jaar
kreunend op zoek gaat naar een berkomhakker is niet te tellen. Alles
is relatief, ook eeuwig en altijd. *Vooral* eeuwig en altijd.
Nog een keer: je zou dus kunnen overwegen een zilverige treurberk te
planten. Boeken binnen, boom in de tuin. Mooi geheel.
>
>Zie je overigens dat het wel degelijk zin heeft om tegen Planten te
>praten? Je praat nog terug ook!
Uhuh...
Dag, Annet
Je stelt me voor raadsels. Meestal raad ik mensen aan: ga er eens uit,
naar bos en duin of voor mijn part volkstuin, maar jij bent misschien
beter met omgekeerd advies gediend: ga eens naar binnen, en trek eens
zo'n oudje uit de kast. Als de bollen zo vroeg in het najaar eerdere
plannen al doorkruisen, dan zou ik in ieder geval een dikke streep
door die plannen halen, want met plannen is het als met principes: ze
moeten je niet in de weg gaan zitten.
Een treurberk planten? Nee, want wat blijft er dan nog aan
aarzellichts over? Bovendien stel je onverantwoord veel vertrouwen in
me: wie zegt je dat ik geen pact met de berkomhakker sluit?
In plaats daarvan heb ik vanmiddag een foto van een prachtige
treurwilg bij mij om de hoek gemaakt, voor bij het artikel wanneer 't
in de Vestdijkkroniek verschijnt. Kost niks, en toch heb je wat.
Vestdijkkroniek? Jawel, ik ben niet de enige overspannen Vestijklezer,
en ze hebben zich nog verenigd ook. En ik moet toegeven,
overeenkomsten met de eerste de beste natuurvereniging zijn er in
overvloed.
Wat ik vrees, tenslotte, - ach Annet, daar zijn geen woorden voor.
Maar sommige dingen laten zich niet wegpraten en onze treurboom - de
jouwe toch ook, nu? - is daar een voorbeeld van. Dit exemplaar trekt
zich van de wisseling der seizoenen immers geen moer aan.
Groet,
Rutger