bedankt alvast,
Jos
Spocht? Negen treffers op Google! Waarschijnlijk het minst bekende
(niet-samengestelde) woord uit de Nederlandse taal. Geweldig!
Zelfs het WNT weet er maar héééél weinig van te melden:
"SPOCHT, znw. vr. en onz. Gewestelijke vorm naast Spog. Voornamelijk in
het Oosten. — Door vocht veroorzaakte donkere stippen in geweven
stoffen, papier enz. || De zwarte stipjes in uw wit goed, het z.g.
spocht of het weer, kunt u verwijderen enz., Haagsche Post 1918, 837 b."
Je oplossing staat dus in een Haagsche Post van 1918. :-)
Zie voor meer spocht http://www.poetryalive.nl/auteurs/content2.cfm?id=19497
grt. Paul
Er staat me iets bij van bleekwater:-) Je hebt wel speciale
badkamer-schimmelreiniger van (HG) Hagesan, maar dat schijnt gewoon
Natrium-Hypochloriet te zijn, dus bleekwater;-) Weet ik niet zeker, maar
kijk eens hier:
http://www.hginternational.com/module02/site_nederlands/hn0203.0000.html
groeten, pleerol (pleelol, in het Chinees)
Grappig, hier in het oosten (achterhoek) is het een heel gewoon woord.
Spocht of "iets is verspocht"
Jos
Hier ook hoor (Veluwe)
--
Grt. Frank
email: frank_sernee@hotmail noshit.com
Geinig! Want hoewel zelfs Beets het al eens gebruikte bleef het
ongebruikt in het westen. Hier zegt men veelal "het weer zit in het
kussen". Dan is "het kussen is verspocht" toch vééél mooier! Dank, we
gaan het gebruiken!
Het is trouwens nog niet zo oud, zie het WNT over het werkwoord
'verspochten'.
"VERSPOCHTEN, onz. zw. ww. Van spocht met ver- (V). Inz. gewest.
aangetroffen. In BOSCH [1940] is een vorm verspochen opgenomen. — Door
vochtigheid uitslaan, weervlekken krijgen of beschimmelen; door
vochtigheid vergaan, bederven, verrotten. Inz. van hout of houten
voorwerpen en van geweven stoffen. || Verspogten. Verstikken. Van
onbezielde dingen namelijk, als van hout etc., Dumbar-hs. 48 [eind 18de
e.]. GALLÉE [1895]. Verspochten, uitslaan ten gevolge van vochtigheid,
Hs. Lett. 1756, n° 1, 21 [Weesp, eind 19de e.]. V. SCHOTHORST [1904].
METZ [1937]. Verspocht gestikt, weervlekken vertonend (v. linnengoed,
door lang liggen), GHIJSEN [1964]. OTTEN en KLEIN KRANENBURG [1979]. —
Beukenhout verspogt zeer spoedig in de aarde, en de palen van hetzelve
duren slegts een paar jaren, SERRURIER, Fruitk. Wdb. 1, 267
[1805]. Zoolang hij (de zilverspar) niet volgroeid ... is, staat het
hout zeer aan trekken en aan verspochten bloot, ENKLAAR, Handb. Landb.
354 [1854]. De Kennisboom, waarom de Slang haar bochten Geslingerd had,
toen zij den Mensch bedroog, Moest op Gods wenk verschrompelen en
verspochten, Zoo laag gedaald, als eenmaal schoon en hoog, BEETS 5, 2,
146 [c. 1890]. De boerin is aan 't verzonnen, als ze boven- of
onderkleeren, die weinig of niet gedragen worden ..., op een mooien dag
in de zon hangt of legt. Dan geet er de moffe lucht af, en 't goed
verspocht ook nie, weet i? O. Volkst. 3, 250 [Uddel, 1890]. 't Zaod was
lilek verspoch, BOSCH [1940]. Gedienen bin verspocht, TER LAAN [1952]."
grt. Paul