In de US is er 10 kHz channelspacing, in Europa is dat 9 kHz.
Ook zijn alle "medium wave" stations in de US beperkt tot 50 kW denk
ik en is er vaak een verschillende dag/nacht vermogen van toepassing.
En waren de toegekende stations in 1 gebied telkens ver genoeg van
elkaar qua toegekende frequenties, zowel frequentieafstand vs.
geografische afstand. Dus weinig interferentie tussen stations. En de
band is er vooral nog populair door de vele talkradio format stations,
iets wat in Europa (en zeker Vlaanderen) nagenoeg niet voorkomt.
Dat van het iets beter audiospectrum klopt wel, maar vergeet niet dat
de IF filtering in de Europese ontvangers ook op 4.5 kHz blijft.. Het
is natuurlijk beter als je aan de "bron" niet zo scherp en steil
filters in het audiosignaal. Zo konden we dat hier meemaken met de
laatste uitzendingen van AM 963 kHz van Radio Caroline, die had
nagenoeg geen filtering.
AM middengolf inzetten om een tekort van frequenties op te vangen of
om meer aanbod mogelijk te maken voor regionale of lokale radio is
niet echt een goed idee.
- de middengolf is in de recente jaren steeds meer vervuild door
dichtbij kleine uitstraling van elektronische apparatuur, wat een
andere vorm van interferentie betekent dan deze veroorzaakt door
nabuurzenders of zenders op dezelfde frequentie in het buitenland.
- middengolf heeft een grotere golflengte en het antennesysteem is
onvermijdelijk veel omvangrijker dan van een FM-station, ondanks
mogelijkheden om een verkorte antenne te gebruiken.
De opstelling van dergelijke antenne zal ook aan strengere voorwaarden
moeten voldoen en bijvoorbeeld zeker al minder waarschijnlijk vergund
in stedelijk gebied.
De laatste jaren was het al moeilijk om niet te zeggen niet te doen om
bouwvergunning te krijgen voor een nieuwe zendmast in een residentieel
gebied.
- 1 kHz meer bandbreedte in AM betekent maar 500 Hz extra "hoog" in
het audiosignaal. Alle beetjes helpen, maar nog niet spectaculair
veel. FM haalt 15 kHz in het audiospectrum.
- AM vs. FM haalt in vergelijking bij zwakker wordende ontvangssterkte
minder audio signaal/ruisverhouding. Bij afwezigheid van enige
interferentie komt er dus toch meer eigenruis op het audiosignaal na
"AM-detectie". Als de "content" primeert op de eigenlijke
audiokwaliteit (zoals bij talkradio) dan is dit geen onoverkomelijk
probleem, men profiteert dan voor landelijke of internationale zenders
van het feit dat middengolfsignalen de kromming van de aarde volgen,
waarbij FM-omroepband frequenties enkel tot de horizon reiken of iets
voorbij de horizon (Fresnel-zone). Dus bij de laatste zal het
zendbereik eerder afhangen van de zendersterkte. Als 100 Watt zo'n 8
kilometer ver reikt, dan haalt 1000 Watt om en bij de 16 km, en 10 000
Watt haalt dan 32 km bereik.
Een mogelijkheid om de FM-band te ontlasten kan maar door de
efficiëntie van het frequentieplan te verbeteren, dat is het plaatsen
van minder zenders op beter gecoördineerde frequenties rekening
houdend met de werkelijke courante opstelplaatsen.
Dus concreet, bij de huidige evolutie waarbij veel lokale zendstations
hetzelfde netwerksignaal voorzien zonder lokale invulling of
ontkoppeling, plaats maken voor een nieuw plan waarbij die kleine
naburige zenders op te dichte frequenties , terecht kunnen op
krachtiger zenders met een kleiner aantal maar beter gecoördineerde
frequenties.
Hergebruik van frequenties op grotere afstanden moet zeker kunnen,
maar naburige stations (in een zelfde gebied) moeten voldoende
frequentie-afstand van elkaar krijgen. In dezelfde stad moet dat
minsten 300 of 400 kHz zijn. Tussen zenders die verderaf gelegen zijn
moet bij het raken van elkaars zendgebied moet toch kunnen gerekend
worden op 200 kHz frequentie-afstand.
Verder, als op FM de ruimte tussen 107.0 en 107.9 (en eventueel 87.5 -
87.9) kan vrijgehouden worden voor DRM+ toekenningen, kan in de
toekomst per elke 100 kHz een digitaal lokaal station uitzenden.
Qua bruikbaarheid hangen we daar eerder af van het beschikbaar komen
van goedkope ontvangers met 1 gemeenschappelijke chipset voor FM/DAB/
DAB+/DRM/DRM+ Maar gezien de snelheid van technische evoluties moet
dat knelschoentje (die we met DAB al meeslepen van 1997) toch vlot
kunnen opgelost worden, maar dat is wet op vraag en aanbod. Buiten
stukjes FM-band moeten er ook nog frequentiespectrum stukken kunnen
gevonden worden in band III (VHG), waar nu DAB uitzendt. DAB kent
multiplexen van 1.5 MHz breed, waarbij alle deelnemende stations in
een SFN-netwerk uitzenden op dezelfde frequentie, gesyncrhoniseerd,
wat dit systeem minder geschikt maakt voor lokale radio. Tussen of
naast die toegekende multiplex blokken (vergund aan een
netwerkoperator, niet aan de afzonderlijke stations) kan de smalle DRM
+ terecht (95 kHz breed spectrum) met een vrij hoge geluiidskwaliteit
voor een afzonderlijke zender of een gewoon goede geluidskwaliteit als
er 2 programma's op 1 zender aangeboden worden (afhankelijk van de
bitrate). En de bestaande zendsites kunnen blijven gebruikt worden.
Een mogelijk financieel nadeel voor het ombouwen van een analoge FM-
zender naar digitaal is dat heel het toestel moet vervangen worden.
Een eindversterjker voor FM werkt vrij efficiënt in klasse C, maar dat
is niet bruikbaar voor de modulatietechniek van digitale radio
(COFDM). Dus buiten de stuurzender moet ook de eindversterker
vervangen worden. Of dus een totaal nieuwe zender. Tegenwoordig is het
toch al mogelijk om een niet-lineaire versterker te gebruiken, op
voorwaarde dat een digitale correctie aan stuurzenderkant toegepast
wordt.
Anders is een compleet linaire versterker nodig, dus klasse A.
Gezien de hoge crestfactor van 10 tot 12 dB, is voor een zendvermogen
van 1 kW dus wel een eindversterker nodig van 10 kW vermogen. Voor
een DAB+ netwerk staat daartegenover wel dat je per zendstation de
kosten kan spreiden over 20 aanbieders als alle posities in het boeket
verhuurd zijn.
Voor een DRM+ zender is dat niet zo maar zijn de vereisten voor het
signaal hetzelfde.
Dus ook digitale radio wordt voor een lokale omroep die in dat signaal
een behoefte meent te zien, dus een duurdere zaak dan FM.
In een overgangsperiode bestaat de kans dat de regulerende overheid
oplegt dat de stations in beide standaarden analoog en digitaal ter
beschikking zijn, wat vrijkomen van spectrum niet meteen voor de hand
liggend maakt. En het nog duurder maakt in de toekomst.
De reden dat internetradio via de wagen niet massaal als alternatief
kan beschouwd worden, los van de abonnenmentskosten (flat fee of niet
per datahoeveelheid...) is dat het aantal slots per uitzendmast van
mobiele telefonie beperkt is. Als er x antennes zijn met elk y aantal
timeslots, zjn er maar x * y gesprekken en/of luistersessies mogelijk
en de capaciteit is beperkt. Het alternatief is dat het aanbod van
echte lokale informatie digitaal aangeboden wordt en in de momenten
van "vrije capaciteit" in stukjes overgeladen wordt op digitale
opslagmedia (flashcard of memory stick) en zo in de autoradio of
mediaplayer aangeboden wordt (soort podcast systeem). Geen enkele
lokale radio biedt immers continu lokale content, ook al omdat dit
niet commercieel haalbaar is of op een andere manier betaalbaar.
Tom